Opnieuw vragen LEO 2.0 over herhuisvesting

Geplaatst door Westlanders.nu op 08-10-2012 05:35 - Gewijzigd op 08-10-2012 05:44

Honselersdijk 08.10.2012 - De fractie van Lokaal en Onafhankelijk 2.0 (LEO 2.0) blijft grote bezwaren hebben tegen de procesgang van de gemeentelijke herhuisvesting.  

Een procesgang die na de besluitvorming op 3 oktober jl. in een nieuwe fase is gekomen. Ook nadat het College van B&W gereageerd heeft op 2 oktober jl. op onze vorige schriftelijke vragen van 28 september jl. moeten wij constateren dat het college in gebreke blijft.

Vanwege weer het uitblijven van antwoorden van het college op enkele feitelijke vragen over de gemeentelijke herhuisvesting LEO 2.0 worden langs deze weg nogmaals formeel – met verwijzing naar artikel 169 van de Gemeentewet en artikel 24 van het Reglement van orde voor de vergaderingen en ander werkzaamheden van de raad van de gemeente Westland 2011, deze vragen gesteld. Tevens wordt daarbij toegelicht waarom wij van mening zijn dat het college geen antwoord heeft gegeven op onze feitelijke vragen van 28 september jl.  

Hieronder treft u deze openstaande vragen van LEO 2.0 nogmaals aan (met motivering).

1. Wat betekent het voor de jaarlijkse exploitatielast per kantoor als (in deze middenvariant, zie bijlage 2) 25 jaren afschrijvingstermijn wordt gekozen?
(dit betreft vraag 4 die op 28 augustus 2012 schriftelijk is gesteld; de beantwoording van het college op 3 september jl. is geen antwoord op deze feitelijke vraag, slechts een motivering waarom gekozen is voor 15 jaren i.p.v. 25 jaren. Datzelfde is ook er het geval in de reactie op 2 oktober jl. Nogmaals we vragen geen onderzoek, geen standpunt, maar slechts een feitelijk antwoord op een feitelijke vraag en wel de resultaten van een berekening; het standpunt van het college is genoegzaam bekend; in de cie Bestuur van 29 augustus jl. is al door de ambtelijke organisatie bevestigd op deze vraag van LEO 2.0 en de controlevraag van wethouder Bogaard dat beantwoording eenvoudig mogelijk is (zie mondeling verslag); geen antwoord wordt dan ook aangemerkt als feitelijke weigering o.g.v. artikel 169 GW)

2. Wij zouden graag een nieuwe actuele, nog beter toekomstgerichte berekening (van de efficiencyeffecten) zien die uitgaat van de situatie vanaf 2016 en deze objectief toegepast worden op niet alleen het renovatiescenario, maar alle scenario’s.

(dit deel van de vraag 7 van 28 augustus 2012 is nog steeds niet beantwoord; op 3 september 2012 en ook op 2 oktober jl. gaat het college van B&W niet in op deze vraag; wederom een feitelijke vraag die niet beantwoord wordt voor renovatiescenario van LEO 2.0 in een toekomstperspectief; wij verzoeken het college zich te beperken tot deze vraag: vergelijking van efficiencyeffecten tussen scenario ‘LEO 2.0-renovatie’ en ‘Nieuwbouw onder 1 dak’ en deze niet te verwarren met de discussie van de financiële taakstelling die voor alle scenario’s geldt; in de bijlage 3 heeft LEO 2.0 n.a.v. de collegereactie op vraag 4 van 2 oktober jl. en de raadsbehandeling op die dag inzake efficiency en de terechte constatering dat wij een lees- en interpretatiefout hebben gemaakt, waarvoor dank, een hernieuwde analyse en berekening opgenomen voor efficiencyeffecten in het 3 gebouwen/2 locaties  renovatiescenario t.o.v. nieuwbouw onder 1 dak)

3. Wij zouden in dit verband (vorige vraag) ook graag vernemen hoe het college - als het gaat om efficiency –inschat wat de betekenis is van de sinds 2008 gevormde of nog te vormen dislocaties als het Werkplein, de Omgevingsdienst Haaglanden (ODH), de Regionale Belastinggroep (RBG) en wellicht nog meer gemeentelijke diensten die in een regionale shared service opgaan? Onze ambtenaren verrichten die taken nu of straks elders (in en buiten het Westland) en de processen en informatiestromen met de achterblijvende taken in de gemeente moeten toch ingeregeld zijn of worden. 

(Wij zouden graag willen dat het college nu eindelijk eens in gaat op de gevolgen van deze shared serviceorganisaties op de efficiency kostencomponenten ‘hard en zacht’, zoals ook is toegepast op het renovatiescenario met 1 of meer dislocaties;. Het gaat dan vooral om de onderliggende processen, informatiestromen en benodigde overleg en afstemming. Primaire processen, tussen front-office bij de gemeente en back-office ODH en RBG; politiek-bestuurlijk en ambtelijk-bestuurlijk: tussen gemeente WL en regionale bestuur en directie/bestuur shared service organisaties; tussen beleid en uitvoering; in het kader van begrotingscyclus (denk ook aan het actuele GGD-ZH ‘gedoe’). Waarom kunnen gemeentelijke taken in het ene geval wel (vrijwillig) gedislokeerd worden en waarom kan dat niet binnen de gemeente op (bv.) 2 locaties. Dat de medewerkers formeel geen deel meer uitmaken van de organisatie is als het gaat om vertaling naar euro’s niet relevant. De gemeente draagt bij aan de deelnemingen. Het gaat namelijk om de vertaling naar het financiële plaatje in deze vergelijking.[1] Het college kan desgewenst ook volstaan met de toezegging dat binnenkort voor alle scenario’s met een nieuwe analyse en berekening van de efficiencyeffecten wordt gekomen dan wel dat het college hiervan afziet, omdat het niet voldoende ’hard kan ‘worden gemaakt en gewoon ingezet wordt op de financiële taakstelling ongeacht het huisvestingsscenario,, dat pas vanaf 2016 speelt.)

De aanvullende vraag 4 van 28 september jl. om het renovatiescenario van LEO 2.0 te verifiëren is ook niet volledig en deels onjuist beantwoord. Ook daarover treft u hierna de vervolgvraag aan.

4. Verificatie renovatiescenario 3 gebouwen.

  1. Kunt u aangeven waarom u geen rekening hebt gehouden met het Historisch Archief Westland waar qua m2 bruto vloeroppervlak in ons renovatiescenario voldoende ruimte is en zich wel beroept op boekwaardes die op 3 september, toen we ons scenario ter vergelijking inbrachten, nog in geen enkel scenario meegenomen waren?
  2. Volgens de renovatie-middenvariant is de losse inrichting deels meegenomen (zie bijlage 2). Door dat opnieuw op te voeren in uw reactie van 2 oktober jl. telt u deze (deels) dubbel mee.  Is dat een juiste conclusie? Zo neen, waarom niet?
  3. Als het college zijn argumentatie voor de afschrijvingstermijn, die toegepast wordt op renovatie, ook zou toepassen op nieuwbouw, is het dan niet heel aannemelijk dat 25-30 jaren meer passend is als afschrijvingstermijn dan 50 jaren voor nieuwbouw? De bestaande gebouwen, die gemiddeld nog geen 30 jaren oud zijn, in de ogen van college in slechte tot zeer slechte staat zijn en ieder geval hoge kosten met zich meebrengen voor renovatie, is daarvan toch het Westlandse bewijs. Ook marktpartijen kiezen in PPS-constructies van nieuwe kantoren veelal een termijn van 25 jaren. Dat hangt samen met de veroudering van die gebouwen en de extra kosten van onderhoud/renovatie die dat met zich meebrengt en waardoor het rendement onder druk komt.

5. Verder volgen hierna aanvullende vragen over het communicatieproces naar de burger als invulling van burgerparticipatie (Westland Report).

  1. Is het college van mening dat het besluitvormingsproces dat in de raadsbijeenkomst van 5 september heeft plaatsgevonden op basis van een gewijzigd voorstel van het college recht doet aan de boodschap in Westland Report van eind augustus jl. [2] dat 4 opties met elkaar vergeleken zouden worden en daaruit een keuze gemaakt? Heeft het college hier niet doelbewust gebruik gemaakt van de eerste termijn van de raad waaruit kon worden afgeleid dat beide nieuwbouwopties samen opgeteld een raadsmeerderheid hadden, maar elk van beiden apart niet? Is dat in overeenstemming met de boodschap aan de inwoners?  De opties die de rabobanklocatie in zich hadden zouden ook hebben voorzien in een raadsmeerderheid. Is het college bereid om na de besluitvorming op 3 oktober jl. hier draagvalk voor te onderzoeken bij de raad? 
  2. In de bijlage 4 zijn de feitelijke waarnemingen opgenomen van de fractie LEO 2.0 betreffende de gekleurde en misleidende reportage over het gemeentehuis in het tweede Westland Report van eind september jl. [3]. Wat is de reactie van het college hierop in algemene zin en per geconstateerde waarneming?
  3. Deze reportage is de uitwerking van het college als invulling van burgerparticipatie huisvesting gemeentelijke organisatie. Op 27 juni jl. is daartoe besloten door een raadsmeerderheid (alleen LEO 2.0 heeft tegen gestemd). De uitvoering van dat besluit is evenwel de verantwoordelijkheid van het college van B&W en de burgemeester is o.g.v. artikel 170.c eindverantwoordelijke voor de kwaliteit van de procedure van deze burgerparticipatie.
    Op welke wijze heeft de burgemeester zorg gedragen voor de kwaliteit? Is bv. in de procedure geborgd dat de leden van de Raad of de commissie Bestuur vooraf kennis hebben kunnen nemen van de reportage alvorens deze uit te zenden? Is op andere wijze procedureel geborgd dat de verschillende opties voldoende evenwichtig, juist en volledig zijn gecommuniceerd alvorens deze uit te zenden? Graag nader toelichten.

6.  De fractie van LEO 2.0 heeft in aanloop naar de raadsvergadering – op zoek naar een gedragen compromis - een tweede scenario, het zgn. combiscenario Renovatie gemeentekantoor ‘s-Gravenzande en Transformatie Rabobank uitgewerkt. Wij verzoeken het College van B&W om dit combiscenario[4], zoals door ons bedoeld in de uitgangspuntenmatrix en ook door ons – en niet door LEO 2.0 alleen - geïnterpreteerd als door te rekenen scenario in de vastgestelde beleidsuitgangspunten in de Raad van 22 mei jl., hetgeen het college heeft nagelaten,  te verifiëren op een constructieve en kritische wijze (de vraag is vergelijkbaar aan de vraag eerder op 28 september jl. over het renovatiescenario)?

7. Tenslotte enkele vragen over de gang van zaken tijdens de raadsvergadering van 3 oktober jl. Het gaat dan dus om actuele, feitelijke waarnemingen van LEO 2.0. De burgemeester stelde op 3 oktober jl. in zijn betoog, dat ook te zien was in het weekoverzicht van de WOS[5], dat de fractievoorzitter van LEO 2.0 nogal ‘zware woorden ‘gebruikt en dat het wat hem betreft wel met feiten gestaafd moest worden. De volgende vragen hebben alleen betrekking op de vergadering van 3 oktober jl. en betreffen dus nieuwe, feitelijke waarnemingen die de fractie LEO 2.0 doet, aanvullend op de feiten en waarnemingen waarop de burgemeester doelt in zijn betoog over de ’zware woorden’.

  1. Hoe vaak heeft de burgemeester op 3 oktober 2012 tijdens de raadvergadering ‘verzuimd’ of ‘vergeten’ agendapunt 9.b. te melden bij ordevoorstellen en heeft Geubbels hem, voorzitter van de raadsvergadering, daarop actief moeten attenderen?
    Het gaat hierbij om het door de fractievoorzitter LEO 2.0 geagendeerde punt onder voorbehoud dat er geen raadsmeerderheidbesluit over beide Nieuwbouwopties zou worden genomen. Dit agendapunt onder voorbehoud had de intentie om uit de impasse te kunnen komen als alternatieve aanpak voor de nieuwbouwaanhangers, die streefden naar een ‘Nieuwbouw’besluit en daarvoor een ‘stemmenhandel’ op gang zetten. Wist de raadsvoorzitter van deze intentie of had hij dat kunnen weten in een onafhankelijke rol boven de partijen, gelet op dit verzoek waarop bij herhaling is geattendeerd?   
  2. De burgemeester stelde in zijn ‘zware woorden’ betoog dat de artikel 26-vragen die op vrijdagavond 28 september jl. na kantoortijd gesteld zijn door LEO 2.0 (verzonden om 20.02 uur) op maandagmorgen 1 oktober jl. zijn ontvangen door het College van B&W en dat het college binnen 24 uren heeft geantwoord.
    1. Geeft de burgemeester hierdoor niet bewust een verkeerde voorstelling van zaken, die geen recht doet aan de feiten? Is het niet zo dat de vragen reeds op 28 september 2012 kort na verzending bij het voltallige college van B&W, de gemeentesecretaris, griffier en fractievoorzitters zijn binnengekomen in hun elektronische mailbox? Bijgevoegd als bijlage 1 de begeleidende e-mail LEO 2.0 van deze schriftelijke vragen met de geadresseerden.
    2. Wij verzoeken het college en zo mogelijk ook de griffier om een gewaarmerkte scan van de ontvangstdatum en –tijdstip van onze e-mail.
    3. Het college beschikt voor zijn functioneren over smartphones, die door de gemeente beschikbaar zijn gesteld. Evenals de Raad is het College van B&W 7 x 24 uren in dienst van de gemeente. Voor de functie burgemeester geldt dat - gelet op zijn eigenstandige verantwoordelijkheden, zoals ook voor de openbare orde en veiligheid  - in hoge mate, daarom is het locoburgemeesterschap ook expliciet tot zelfs 2 vervangers ingevuld. Dit verklaart mede waarom de voorzitter deze smartphone – terecht – ook tijdens de raadvergaderingen altijd stand-by heeft. Ondersteunt het College van B&W deze zienswijze qua rolopvatting, d.w.z. 7 x 24 uur in dienst van de gemeente?
    4. Geeft de begeleidende e-mail van LEO 2.0 niet duidelijk aan dat nagedacht is over het risico van vertraging als inderdaad de e-mail pas op 1 oktober zou binnen zijn gekomen?
    5. Is de burgemeester inmiddels een andere conclusie toegedaan m.b.t. deze art 26 procedure en de geschetste beeldvorming daaromtrent in zijn betoog, die ongevraagd nogal gedetailleerd en eenzijdig was, waardoor de indruk is gewekt dat het college snel was en LEO 2.0 op het laatste moment met vragen kwam, terwijl deze overigens al op 28 augustus jl., precies 1 maand eerder, voor het eerst gesteld waren en daarna nog enkele keren?   
  3. Heeft de burgemeester, in zijn rol als voorzitter van de Raad, die een neutrale, onafhankelijke, boven de partijen staande opstelling vereist, zich tijden de raadsvergadering van 3 oktober jl, met name ook tijdens de lange schorsing rond middernacht, onthouden van beïnvloeding, sturing, facilitering of anderszins om een raadsmeerderheid te verkrijgen voor de nieuwbouwoptie voormalige Rabobank? Zo neen, aan welke activiteiten m.b.t. ‘de stemmenhandel met PW, CU/SGP en CDA’ heeft de burgemeester wel deelgenomen en welke bijdrage is daaraan concreet geleverd?

 

Langs deze weg doet de fractie LEO 2.0 wederom een appel op de burgemeester, onder meer in zijn coördinatiebevoegdheid en zijn eigenstandige verantwoordelijkheid als burgemeester, om zorg te dragen dat de verplichtingen voor het College van B&W die voortvloeien uit voornoemde wet- en regelgeving worden nagekomen en dat op een integere en objectieve wijze de vragen worden beantwoord. De rechten van de Raad en verplichtingen van het College van B&W zijn niet zomaar in de Gemeentewet opgenomen door de wetgever.

De fractie van LEO 2.0 verzoekt het college van B&W deze schriftelijke vragen schriftelijk te beantwoorden conform het ter zake bepaalde in het Reglement van Orde voor de vergaderingen van de gemeenteraad doch uiterlijk binnen een redelijke en gebruikelijke termijn voor een eerstvolgende behandeling van dit dossier in een Commissie Bestuur of Raad.

 

De Griffie en het Presidium wordt verzocht deze termijn te bewaken zodat de informatiepositie van de raad (alsnog) recht wordt gedaan en raadsfracties in staat zijn hierover overleg te voeren. Bij niet tijdige beantwoording verzoeken wij tot uitstel van behandeling over te gaan.

Namens de fractie van

Lokaal en Onafhankelijk 2.0,

Leo Geubbels en Leo Boekestijn

 

Bijlage 1: Begeleidende e-mail schriftelijke vragen van LEO 2.0 van 28-09-2012

Bijlage 2: Toelichting op middenvariant renovatie

Wij hanteren, evenals het College B&W in het nulscenario renovatie, als renovatievariant de zgn. middenvariant

Bron Rapport At Osborne mei 2011, in informatieset College van januari 2012. Zie ook:

http://www.gemeentewestland.nl/bis/Commissies/2012/Commissie%20Bestuur/02_feb/03_Bijlage%2003%20-%20OPB%20Toelichting%20op%20investeringskosten.pdf

Gemiddeld niveau

Bouwkundig wordt in het gemiddelde niveau de bestaande indeling van de kantoorwerkplekken aangepast aan de nieuwe werkplekconcepten (conform PvE). Dakbedekking wordt vervangen. Vloeren en wanden en plafonds worden als gevolg van de nieuwe indeling vernieuwd. Voor de overige ruimten wordt alleen de afwerking vernieuwd en zullen plafonds zoveel als mogelijk worden gehandhaafd. Op

beperkte schaal worden open geveldelen aangepast.

De werktuigkundige installaties worden geheel vernieuwd als gevolg van de nieuwe indeling en worden functioneel aangepast in het kader van duurzaamheid. Voor de overige ruimten wordt waar mogelijk de installatie gehandhaafd en gereinigd (rooster), de regelapparatuur zal worden vervangen. De elektrotechnische installatie wordt geheel aangepast in die ruimten waar de indeling wordt aangepast. In de overige ruimten wordt alleen schakelmateriaal en een deel van de armaturen vervangen. De vaste inrichting wordt grotendeels vervangen. De niet vervangen onderdelen worden voorzien van een nieuwe schilder-/afwerklaag.

In deze weergave is een gedeeltelijke vernieuwing van de losse inrichting voorzien. Gezien de omvang van de renovatie is tijdelijke huisvesting noodzakelijk. Hiervoor zijn de eerder (september 2010) berekende kosten voor het tijdelijk gebruik van het Rabopand opgevoerd. Overige posten zijn als percentage van de bouwkosten uitgedrukt.

Voetnoot LEO 2.0
Bovenstaande middenvariant heeft veel weg van transformatie van de binnenkant van de gemeentekantoren. (als voorbeeld) Voor het kantoor ’s Gravenzande is de m2 prijs voor deze renovatie door het college geraamd op € 1.616 per m2. Dit is hoger dan wat de LPF meent kwijt te moeten zijn aan nieuwbouw (ca € 1.350 per m2).

Dit is renovatie gericht op levensduurverlenging en daarom is 25 jaren de regel[6] [7] die we toepassen, zoals in de financiële verordening afgesproken. We komen ook niet aan de 50 jaren voor Nieuwbouw, want ook dat staat in de verordening. Ook dan zijn tussentijdse renovaties nodig vanwege kortere levensduur dan 50 jaren van bv. elektrotechnische en werktuigkundige installaties, dakbedekking en open geveldelen, zoals dubbel, isolatieglas.

Zie vetgedrukte teksten: eigentijds werken is mogelijk, de duurzaamheid wordt door deze middenvariant renovatie ook beter (onduidelijk is hoeveel). Tenslotte zit ook een deel van de losse inrichting opgenomen, die het college in de reactie op onze verificatievraag nog maar eens erbij opgeteld heeft. En daardoor tot een dubbeltelling komt.

Bijlage 3: Efficiencyeffecten scenario’s en andere cijfers

Het gaat er hier om de verschillende opties voor de herhuisvesting van de gemeentelijke organisatie te vergelijken voor wat betreft efficiencyeffecten en voor over effecten nog niet zijn  opgekomen in andere vergelijkingen (bv. onderhouds- en overige kosten, die al deel uit maken van de exploitatiekosten). Daarbij worden door het College van B&W oude, grotendeels zachte cijfers, gehanteerd uit 2008 toen we nog in 6 gebouwen (5 gemeentekantoren en griffiegebouw) zaten en medewerkers en papieren dossiers tussen die 6 gebouwen in 5 kernen[8] heen en weer moesten en deze worden zonder blikken of blozen voor een bedrag van € 1,7 mln. per jaar opgeteld bij het renovatiescenario, ongeacht het aantal gebouwen en ongeacht het aantal locaties.

LEO 2.0 stelde dat vanaf 2016 de negatieve efficiencyeffecten in het renovatiescenario met 3 gebouwen op 2 vestigingslocaties en met gedigitaliseerde informatiestromen aanzienlijk minder is: € 224.000 (uitgaande van de cijfers van het college) i.p.v. € 1,7 mln. Daarbij zoals in de vraagstelling opgenomen is een lees-/interpretatiefout gemaakt.

Laatste inzichten op basis van reactie college op vraag 4 van 2 oktober jl.en d einbreng in d eraad van 2/3 oktober jl. 

De extra kosten van 1 locatie extra in het scenario van LEO 2.0 t.o.v. oude gegevens uit 2008, zijn mede gelet op de inbreng van inspreker Berendse[9] op 2 oktober jl., t.o.v. nieuwbouw onder 1 dak  uiterst twijfelachtig. De ervaringsgegevens van de heer Berendse worden ook door de fractie LEO 2.0, die ook daar ook in de jarenlange praktijk als ervaringsdeskundige kan worden aangemerkt, als zeer herkenbaar gedeeld. Ook hoge en grote nieuwbouw heeft zo zijn efficiencynadelen en productiviteitsverliezen. Er is er geen aanleiding om de kosten wat betreft het ‘harde deel en zachte deel’ aan te passen van een factor ‘een kwart’ in een factor ‘een derde’.

Dan de ‘lees-interpretatiefout’. Het college berekent op basis van declaraties van medewerkers  10.000 km per maand aan dienstreizen tussen 5 locaties ( 6 gebouwen) en laat dat ‘zo mooi’ in het WL Report heen en weer bewegen. Deze 10.000 km is de optelsom van 10 reisverbindingen, want elke van de 5 locaties kent 4 verbindingen met dienstreizen naar 4 andere locaties : (10 = 5 * 4 / 2). Met bovendien (gemiddeld) grotere afstanden, denk aan Wateringen naar ‘s-Gravenzande.
In ons renovatiescenario hebben we nog maar 2 locaties en het college weet ook dat tussen 2 punten er maar 1 verbinding is. Dat is dus 9 reisverbindingen minder dan waar het college van uit gaat en bovendien met minder km’s, want van Naaldwijk naar ‘s-Gravenzande is toch korter (12,0 km retour) dan het gemiddelde over de 10 verbindingen (16,7 km retour). Daarnaast is het op 2 locaties natuurlijk organisatorisch veel eenvoudiger de afdelingen zodanig te verdelen zodat minder dienstreizen nodig zijn. (Bovendien kan door planning aan de rand van de dag verder het aantal km’s worden teruggedrongen, omdat direct naar die locatie gereisd wordt vanaf huis of naar huis en zodoende minder heen en weer gereisd hoeft te worden tussen locaties.) Door deze maatregelen zijn aanzienlijke besparingen denkbaar van naar schatting extra 50% op het aantal km’s. Hiermee komt deze bijdrage niet op € 306.000 maar op € 96.000.

De overige zachte efficiencyeffecten van 1,5 % van de loonsom kunnen van tafel, zolang het college niet in staat is met steekhoudende argumenten te komen en blijft persisteren met vaagheden.

Omdat (bv) de jaarlijkse energiekosten (ook op feitelijke basis) aanzienlijk lager ligger (meer dan 50%) dan waar het college van uit gaat[10] bij het renovatiescenario, blijven grote twijfels over de cijfers van het college opgegeven bij het renovatiescenario, waarin wel kosten voor duurzaamheid verbeteringen worden gerekend, maar geen baten.

En zo zullen er nog wel meer cijfers zijn die ‘rammelen’ dan wel boterzacht zijn. Daarom is het zaak om nu op basis van realistische cijfers en toekomstige situatie vanaf 2016 de scenario’s op de verschillende kostensoorten te vergelijken met daarbij gebruikmaking van zoveel mogelijke feitelijk beschikbare Westlandse ervaringscijfers. Daar zijn geen externe onderzoeken voor nodig.

Samengevat leidt dit tot de voorlopige conclusie dat qua efficiencyeffect van het renovatiescenario met 2 locaties t.o.v. nieuwbouw onder 1 dak het getal van LEO 2.0 van € 224.00 geen wijziging behoeft. Op de totale vergelijking van kosten is de te hoge berekening van het college van energielasten hier al nagenoeg gelijk aan. Daarom sluit LEO 2.0 niet uit dat het zgn. efficiencyverlies, waarbij uitgegaan is van verouderde en deels vage cijfers van het college, verdwijnt als ‘sneeuw voor de zon’ als bv. de inbreng van de heer Berendse doorvertaald wordt en ook de onderhoudskosten op basis van een realistisch meerjarig onderhoud- en renovatieplan worden geraamd.     

Bijlage 4 Westland Report Gemeentehuis in de laatste week van september 2012 [11]

Op 27 juni heeft de raad democratisch besloten voor een communicatieproces richting burgers over de herhuisvesting van de gemeentelijke organisatie als invulling van. Alleen LEO 2.0 stemde tegen, omdat deze fractie het een te smalle invulling vond van burgerparticipatie.

Onderdeel hiervan maakte uit de eenrichtingscommunicatie via het programma Westland Report dat in opdracht van het Westlandse college van B&W samengesteld wordt. Westland Report van eind september, is naar het oordeel van fractie van LEO 2.0 een schandalige vertoning.Dit was pure misleiding, waarvoor niet de WOS, die het uitzond, maar het dagelijkse bestuur van het Westland – het college van B&W - verantwoordelijk is.

Wat ging er zoal mis in de reportage volgend LEO 2.0?

Een niet volledige opsomming van feitelijke waarnemingen:  

  1. Het nulscenario, renovatie van 4 gebouwen (19.200 m2 kantoorruimte), werd vergeleken met beide nieuwbouwopties op de locaties ISW en voormalige Rabokantoor in Naaldwijk (13.900 m2 kantoorruimte). Voor renovatie zijn maximaal 3 gebouwen nodig. Het college heeft onderweg het PvE alleen aangepast voor de nieuwbouwopties en niet van andere opties. Het college weet dit ook. Dit is onvergelijkbare informatieverstrekking (‘appels en peren’).  
  2. Jaarlijkse lasten onvergelijkbaar en onjuist door verschillende dan wel van de kaders afwijkende rekenregels (dit is onvergelijkbare, onvolledige en onjuiste informatieverstrekking) :
  3. De onderhoudssituatie van deze bestaande gebouwen is als slecht tot zeer slecht betiteld, terwijl deze goed (’s-Gravenzande, Wateringen) tot redelijk (Naaldwijk en Monster) is. Dat staat te lezen in de onderzoeksrapporten[12] die het college aan de raad heeft gestuurd. Dit is onjuiste informatieverstrekking.
  4. In de reportage werden in het renovatiescenario de energielabels van vandaag (F en G) vergeleken met de het toekomstige label na nieuwbouw (A+). Terwijl in het renovatiescenario, waar het college wel heel veel geld voor raamt, de duurzaamheid wel degelijk wordt verbeterd (zie bijlage 2 bij deze schriftelijke vragen). Dit is onvergelijkbare informatieverstrekking (‘appels en peren’).
  5. Het Energielabel van ’s-Gravenzande van vandaag is onjuist weergegeven: is F i.p.v. G volgens het eerdergenoemde rapport van AT Osborne. Dit is onjuiste informatieverstrekking.
  6. De voordelen van bestaande gebouwen en het renoveren, zoals werken aan duurzaamheid, mogelijkheid van eigentijds werken in dat scenario, aanzienlijke flexibiliteit, kleinere plan- en financiële risico’s, zijn niet genoemd. Ten dele is dat alleen voor de nieuwbouwopties vermeld. Dit is onvolledige en dientengevolge gekleurde informatieverstrekking.
  1. In het renovatiescenario is met van de financiële verordening afwijkende rekenregels voor afschrijving gerekend (zie ook vraag 1 en 4.c in deze schriftelijke vragen inzake afschrijvingstermijnen). In het renovatiescenario heeft het College van B&W een hoger (4,5%) dan vigerend rentepercentage (3,92%) dat wel is toegepast op Nieuwbouwopties. Dit heeft voor renovatie een nadelig effect op de jaarlijkse kapitaallasten van ca 15%.
  2. In het renovatiescenario zijn markt-/aanbestedingsvoordelen niet voor renovatie opgenomen en wel voor nieuwbouw (-/- 15%). Dit heeft een nadelig effect op de investering- en  kapitaallasten van renovatie t.o.v. nieuwbouw van 15%. 
  3. In renovatiescenario is met efficiencyverliezen ‘gegoocheld’. Zie ook vraag 2 en 3 in deze schriftelijke vragen en bijlage 3). Dit heeft een absoluut nadelig effect op de exploitatielasten van renovatiescenario’s van ca € 1,5 mln.

Conclusie

LEO 2.0 kan geen andere conclusie trekken dan dat het college van B&W welbewust de Westlanders op het verkeerde been heeft proberen te zetten. Op die manier span je de burgers simpelweg voor je eigen karretje. Met de toegezegde transparantie en burgerparticipatie heeft dat echter niets meer te maken. Er zijn geen waarborgen opgenomen in het communicatieproces voor de kwaliteit van de informatieverstrekking. Niet wordt uitgesloten dat het college, zich gesteund door een raadsmeerderheid die voor één van beide nieuwbouwopties was op 4 en 5 september jl., welbewust dat kwaliteitsrisico heeft genomen, redenerend vanuit (stemmen)macht.

[1] Het college begint zelf met het efficiency ’geneuzel’ voor renovatie zwaar aan te zetten. Daar is niet om gevraagd. Nu moet het college dan ook maar argumenteren wat ze verstaan onder bv. ‘effectieve integraliteit ’, zoals we mogen lezen als ‘zacht efficiencynadeel’ van renovatie bestaande gebouwen t.o.v. onder 1 dak met grote financiële effecten. Indien het college van B&W niet begrijpt wat de feitelijke vraag is dan kan desgewenst contact opgenomen worden met de vraagsteller alvorens te beantwoorden.

[2] http://www.wos.nl/televisie/uitzendinggemist/player/item/20120824-westland-report-nieuw-gemeentehuis/

[3] http://www.wos.nl/televisie/uitzendinggemist/player/item/20120926-westland-report-gemeentehuis/

[4] Verondersteld wordt dat het scenario bij et college bekend is . Desgewenst is LEO 2.0 bereid om vragen daarover et beantwoorden en nadere toelichting te geven.

[5] Zie http://www.wos.nl/televisie/uitzendinggemist/player/item/20121005-weekoverzicht-van-week-40-1/

[6]  Zie de financiële verordening van de gemeente Westland met als bijlage de afschrijvingstabel  http://www.gemeentewestland.nl/?ch=int&id=142105&q

[7] Zie tot slot ook de motivatie van LEO 2.0 die als bijlage 5 bij de vragen van 28 september jl. is opgenomen   

 

[8] Voor de eenvoud gaan we uit van de 5 locaties in 5 kernen in de oude situatie en 2 locaties in 2 kernen, t.w. Naaldwijk en s-Gravenzande in LEO 2.0 renovatiescenario.  

[9] Zie http://www.gemeentewestland.nl/BIS/Gemeenteraad/2012/RAAD%2002-10-2012/Inspreker%209%20Dhr%20Berendse.pdf

[10] College gaat in renovatiescenario uit van energiekosten van € 25/m2 bvo per jaar. Dat is voor 3 gebouwen (15.800 m2) in totaal € 395.000. In 2011 waren de werkelijke energiekosten in Naaldwijk en ’s Gravenzande (incl. 1.100 m2 extra in Naaldwijk) in renovatiescenario 3 gebouwen maar € 12/m2 bvo, dit is minder dan de helft. Voor 15.800 m2 zou dit ongeveer € 190.000 zijn.

[11] http://www.wos.nl/televisie/uitzendinggemist/player/item/20120926-westland-report-gemeentehuis/

[12] Zie Rapport AT Osborne Renovatie 4 bestaande gemeentehuizen, 20 juni 2011. Zie: http://www.gemeentewestland.nl/BIS/Commissies/2012/Commissie%20Bestuur/02_feb/04_Bijlage%2004%20-%20OPB%20Renovatie%204%20bestaande%20gemeentehuizen.pdf 

Reacties ((geen reacties geplaatst))

Nog geen reactie geplaatst

Plaats een reactie

U bent vrij om te reageren met behoud van respect en fatsoen. Kleineren is not done. Alle geplaatste reacties worden een paar keer per dag nagekeken en zijn niet direct zichtbaar. Dus even geduld aub.