Leegstandsverordening niet nodig in Westland

Westland 17.12.2017 - De fractie CDA Westland heeft het college in november vragen gesteld over de leegstandsverordening met betrekking tot het Westland.

Ingevolge het bepaalde in artikel 42 van uw "Reglement van Orde voor vergaderingen en andere werkzaamheden van de raad van de gemeente Westland 2016", beantwoorden zij deze vragen.

Vraag 1

Is het college op de hoogte van de mogelijkheid van een leegstandverordening?

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Ziet het college de leegstandverordening als een geëigend, laatste middel om het gesprek over langdurige leegstand met de eigenaren te voeren?

Antwoord 2

Ja, het college ziet de leegstandverordening als een geëigend laatste middel om het gesprek te voeren over langdurige leegstand met de eigenaren.

De leegstandsverordening is meer effectief indien er op grote schaal langdurige leegstand van panden aanwezig is, daar is in Westland geen sprake van.

Daarom is op dit moment het inrichten van het betreffende systeem niet aan de orde. Desalniettemin gebruikt de gemeente andere middelen om zorg te dragen voor een gezond ondernemersklimaat in Westland en daarbij direct invloed uitoefent op het tegengaan van leegstand.

Voorbeelden van de hierboven genoemde middelen zijn bijvoorbeeld het aanpassen van de bestemmingsplannen, onder meer in de gemeente/winkelkernen, om ruimtelijk een gewenste invulling te geven aan panden. Tevens faciliteren de bedrijfsconsulenten van het Bedrijvencontactcentrum van de gemeente pandeigenaren en ondernemers bij hulp over de invulling van panden en de gewenste gebruiksactiviteiten.

Vraag 3

Is het college bereid te komen tot de invoering van een leegstandverordening?

Antwoord 3

Op dit moment niet.

Wij gaan er vanuit uw vragen met deze brief te hebben beantwoord.

Burgemeester en wethouders van Westland,

de secretaris,                       de burgemeester,