Westland 16.07.2012 - De gemeente Westland tolereert geen uitkeringsfraude. Om dit uitgangspunt te onderstrepen start de gemeente een proef om bijstandsfraude op een innovatieve manier op te sporen door verbetering van de mogelijkheid om gegevens uit te wisselen.
De mogelijkheid om gegevens uit te wisselen met instanties buiten de gemeente bestaat al langer. Zo beschikt de gemeente bijvoorbeeld over gegevens van het UWV en de Rijksdienst voor het Wegverkeer.
Met deze proef wordt de mogelijkheid tot gegevensuitwisseling uitgebreid. Met behulp van speciale software worden gegevens van mensen met een bijstandsuitkering nu ook gekoppeld aan andere gemeentelijke gegevensbestanden. Hierbij valt te denken aan gegevens uit de Gemeentelijke basisadministratie, de afdeling belastingen en ook op het gebied van vergunningen. Daarnaast is het mogelijk om gegevens van de Belastingdienst in te zien.
Digitale bestandsvergelijkingen kunnen signalen opleveren. Uit analyse hiervan kan blijken dat er mogelijk sprake is van bijstandsfraude. Dit wordt dan onderzocht door de gemeente. Als blijkt dat er sprake is van misbruik of oneigenlijk gebruik van de uitkering, heeft dit gevolgen voor de betrokken klant. De uitkering kan dan worden stopgezet. Verder wordt ten onrechte verstrekte bijstand altijd teruggevorderd. Afhankelijk van de omvang van de fraude doet de gemeente aangifte bij Justitie.
De proef wordt uitgevoerd in samenwerking met het Regionaal Coördinatiepunt Fraudebestrijding (RCF), de Sociale Inlichtingen- en opsporingsdienst van het ministerie van Sociale Zaken (SIOD) en Werkgelegenheid en softwareontwikkelaar Info Support. De koppelingen vinden plaats op basis van 30 zogenaamde risico-indicatoren die door het RCF en het SIOD zijn ontwikkeld en die kunnen wijzen op uitkeringsfraude. Door het gebruik van slimme software is deze methode een vernieuwende aanvulling op de al bestaande methodes van onderzoek en opsporing om fraude te bestrijden.
Het College bescherming persoonsgegevens (CPB) stelt aan deze gegevenskoppelingen voorwaarden. De gehanteerde methode wordt uiterst zorgvuldig uitgevoerd, anoniem en binnen een goed beveiligde omgeving.
Naar verwachting zullen eind juli 2012 de eerste onderzoeken worden gestart op basis van de dan verkregen aanwijzingen. In het najaar zal de proef geëvalueerd worden.