Den Haag 13.04.2011 - De badplaats Scheveningen ontwikkelt zich meer en meer als internationale badplaats en trekt elk jaar weer meer toeristen. Daarmee neemt de drukte op het strand en in de zee toe.
Dit heeft direct invloed op de wijze waarop de strandveiligheid georganiseerd moet worden. Door de kustversterking zijn bovendien de stromingen in zee veranderd.
De gemeente Den Haag heeft de strandveiligheid ondergebracht bij de Veiligheidsregio Haaglanden (VRH). Samen met de Haagse Vrijwillige ReddingsBrigade (HVRB) -seizoendekking 15 mei tot 15 september- heeft de VRH geconcludeerd dat de brandweer in Scheveningen na alarmering binnen zeer korte tijd op het strand van Scheveningen staat, maar feitelijk niets kan doen door het ontbreken van middelen en procedures. De pilot Oppervlakteredding op zee moet deze tekortkoming in de spoedeisende hulpverlening oplossen.
Wanneer de reddingsbrigade niet op het strand aanwezig is, wordt de brandweer gealarmeerd bij een drenkeling in zee. Het speciale duinvoertuig van de brandweer met vier mensen en de strandjeep (die voor dit doel in de uitruk van Scheveningen staat) met twee mensen rukken dan uit.
De strandjeep is voorzien van zijn twee Rescue Boards met wetsuits, handschoenen, schoenen, flippers en rescuetubes. Hiermee kan de redding op zee uitgevoerd worden.
Na een gedegen training- en oefenperiode in het zwembad en de zee gaat op dinsdag 19 april 2011 om 13.00 uur de pilot officieel van start op de kazerne Scheveningen waarna de ploeg zal vertrekken naar het strand. Eind december 2011 wordt de pilot geëvalueerd.